Waterlinie krijgt alsnog de status Landschap van Allure
STEENBERGEN – In de ‘herkansing’ heeft de provincie een subsidie van 7,8 miljoen toegekend aan de ontwikkeling van de West-Brabantse Waterlinie op het grondgebied van Steenbergen en Bergen op Zoom tot een zogeheten Landschap van Allure. Dankzij de financiële injectie kunnen onder meer de cultuurhistorische waarden van Fort Henricus en het Benedensas in ere worden hersteld. Ook de opwaardering van de Steenbergse jachthaven behoort tot de plannen. ,,Zo wordt Steenbergen dé waterpoort van de Brabantse Wal. Die positie gaan we benutten om meer mensen naar deze omgeving te trekken,’’ zegt wethouder Bert van Kesteren.
,,Niet alleen voor de veelgeprezen rust en ruimte, maar ook voor het beleven van de historie in een architectonisch hoogstaande context. Wij kunnen hiermee een flinke impuls geven aan de toeristische en economische ontwikkeling van de Brabantse Wal,’’ reageerde Van Kesteren dolenthousiast nadat vanmiddag in Den Bosch bekend werd gemaakt dat de West-Brabantse Waterlinie alsnog ‘in de prijzen’ is gevallen.
‘Oude verdedigingslinie krijgt nieuwe toekomst’
Bovenop de provinciale bijdrage, investeren de gemeente, ondernemers en tal van andere partijen nog eens een kleine tien miljoen in het Waterlinie-project, dat tot en met eind 2017 wordt uitgevoerd. In Steenbergen gaat het om een totaalbedrag van zo’n vijf miljoen euro, waarvan 3,2 miljoen euro nu afkomstig is uit het Noord-Brabantse programma Landschappen van Allure. ,,Met deze subsidie krijgt de oude verdedigingslinie een nieuwe toekomst, met een stevige impuls voor de landschappelijke kwaliteiten,’’ aldus Van Kesteren.
Uitzichtpunten
Op het Benedensas, Fort Henricus en bij de Blauwe Sluis komen uitzichtpunten, Fort Henricus wordt bovendien uitgerust met een loopgraafbrug en op het Benedensas kan nu ook een steiger komen, voor boten die op het bruggetje moeten wachten of voor langere tijd kunnen aanmeren bij het eiland, waar sinds vorig jaar zomer een horeca- en overnachtingsgelegenheid is gevestigd. Naast het versterken van de vroegere vestingwerken, worden ook fiets-, vaar- en wandelroutes gerealiseerd tussen deze bezienswaardigheden, die voeren door het zogenoemde inundatiegebied van weleer. Dat werd in vroeger eeuwen onder water gezet om, in tijden van oorlog, de vijand op afstand te houden.
