Lokale Veteranendag krijgt vaste vorm in Steenbergen
STEENBERGEN – De organisatoren en burgemeester Ruud van den Belt waren blij met de goed gevulde zaal tijdens de tweede Veteranendag die afgelopen vrijdag in het gemeentehuis werd gehouden. Vorig jaar was de primeur van de ontmoetingsmiddag waar de burgemeester zich persoonlijk sterk voor heeft gemaakt. Hij is zelf een veteraan en steunt de nieuwe Steenbergse veteranenclub die de dag in de toekomst gaat organiseren. Ook konden de genodigden weer genieten van de zogenaamde ‘blauwe hap’, een traditionele maaltijd in het leger.
De sfeer is ontspannen en er wordt al wat afgepraat voordat de sprekers aan bod komen deze middag. Veel van de ongeveer 25 (oud)-gedienden en hun partner hebben elkaar vorig jaar ontmoet en zodoende is het ijs al gebroken. Het doel van de lokale Veteranendag is om veteranen uit de regio samen te brengen om zo verhalen te kunnen uitwisselen en om zichtbaar te zijn in de gemeenschap. “Veteranen zijn gewone mensen met bijzondere verhalen. Er is veel van u gevraagd en onze waardering daarvoor kan niet vaak genoeg uitgesproken worden”, aldus burgemeester Van den Belt in zijn welkomstwoord.
Enquête
Inmiddels is er een club van vier mensen gevormd die zich gaat inzetten voor de organisatie van de Veteranendag in de toekomst en andere activiteiten door het jaar heen. De gemeente Steenbergen zal ze daarbij in de eerste jaren nog ondersteunen.
Jan Meijer uit Steenbergen is zo’n lokale veteraan, die samen met zijn vrouw een uitnodiging heeft ontvangen voor de middag. Daarbij zat ook een enquête over wat hij zelf verwacht van een veteranenclub. “Ik vind het best leuk om af en toe samen te komen. Maar dat hoeft wat mij betreft niet elke twee maanden. En dat hoeft ook niet met de vrouwen erbij, want die hebben niks aan al die verhalen.” Hij kijkt met veel plezier naar de militaire voertuigen die voor het gemeentehuis staan opgesteld. Voor hem geen nare herinneringen aan zijn diensttijd in Nieuw-Guinea. “Ik zat bij de Luchtmacht, maar we waren met zestien man onderhoudspersoneel per vliegtuig. Veel te veel dus, en toen werd ik maar hofmeester. Dat was best leuk om te doen, want zo zat ik dichtbij het eten. Al moesten we wel regelmatig de kakkerlakken uit het brood halen”, vertelt Jan Meijer.
Kippenvel
Genoeg verhalen over vroeger dus, maar ook de verhalen van actieve beroepsmilitairen kwamen aan bod. Luitenant-Generaal Emile van Duren vertelde over zijn ervaringen tijdens verschillende operaties in o.a. Afghanistan en benadrukte het belang van een Veteranendag. “Op dit moment zijn er op 53 plekken in de wereld Nederlandse militairen actief. Dat weten veel Nederlanders niet, maar soms moet je ver weg strijden om te zorgen dat het hier veilig is.” Ook spreker Edwin Eijkhout vertelde indrukwekkende verhalen over zijn werk als militair verpleegkundige. “Het moment dat er twee gewonde Nederlandse militairen het noodhospitaal in Uruzgan werden binnengebracht, zal ik nooit vergeten. We hebben ze niet kunnen redden en ik krijg nog kippenvel als ik het daarover heb.”
Zichtbaarheid
Het samenbrengen van oudere veteranen en actieve militairen past binnen de ideeën van het bestuur van de nieuwe veteranenclub. Die bestaat uit Attie Pot, Henri Stoffelen, Robin Oost en Rob Matthijsen. Laatste twee zijn nog actieve militairen; Oost bij de Marechaussee en Matthijsen bij de Marine. “Vroeger lag de nadruk meer op vrijheid, terwijl dat nu voornamelijk veiligheid is. Maar iedereen heeft z’n eigen verhaal en kan dat bij elkaar kwijt; het gaat om een stukje verbinding. En zeker ook zichtbaarheid voor de bevolking, bijvoorbeeld tijdens herdenkingen”, aldus Matthijsen.
Met die zichtbaarheid zat het vrijdag wel goed: de militaire voertuigen trokken de aandacht van de leerlingen van naastgelegen basisschool Maria Regina die maar al te graag een kijkje wilden nemen. En zo was er een directe verbinding met jong en oud.
Tekst en foto’s: Nicole van de Donk © Steenbergse Courant/KijkopSteenbergen.nl
