Afbeelding
dinsdag 6 augustus 2019, 14:28

De sjouwers van de Kleine Tour: als ze niet opvallen is het goed

STEENBERGEN – Een organisatie als de Kleine Tour kan niet zonder vrijwilligers. Dagelijks staat een groep mannen en vrouwen vroeg op om alles in goede banen te leiden. Jos Brouwers, ‘chef dranghek’ en Kees-Jan Langenberg zijn twee belangrijke pionnen in het geheel.

Ze zien elkaar niet vaak, maar samen aan tafel is de klik er meteen. Kees-Jan Langenberg en Jos Brouwers zijn beiden al jaren besmet met het Kleine Tour-virus. Jos Bouwers ging naar eigen zeggen al mee toen hij nog bij zijn moeder in haar buik zat. Samen met haar man was ze namelijk ploegleider van team danscentrum Theo van Meer. “Ik kreeg de Kleine Tour dus met de paplepel ingegoten” zegt Jos. “Alle jaren dat ik mee mocht doen was ik erbij. Toen ik niet meer mocht meerijden ben ik medewerker geworden. Helpen sjouwen, proeven uitzetten, noem maar op. Toen ik mijn scootercertificaat gehaald had reed ik mee als verkeersregelaar.

Kees-Jan valt Jos bij. “De scooterrijders waren erg belangrijk. We moesten zorgen dat alle kruispunten en wegen werden afgezet als de karavaan voorbij kwam. Dat was voor   flink aanpoten.” Bij de organisatie staat Jos beter bekend als ‘chef dranghek’. “Die naam was er ineens, wie dit verzonnen heeft, ik weet het niet” aldus Jos. De naam is wel toepasselijk. Jos staat maandagmorgen vóór de tour al vroeg bij de gemeentewerf dranghekken te laden. Dit jaar zijn het er 275. De hele week sjouwt hij ze, samen met een aantal vrijwilligers, naar alle plaatsen waar ze nodig zijn. “We bouwen op voor de rennertjes komen en breken weer af als ze klaar zijn. Dat moet snel gebeuren, want we zijn ook verkeersregelaar,” licht Jos toe.

Als je ons niet ziet, doen we ons werk goed

Kees-Jan Langenberg kwam een jaar of 12 geleden in aanraking met de Kleine Tour. “Ik werd als motoragent ingezet om de tour te begeleiden. Ik wist niet wat ik meemaakte. Het was prachtig!” glundert hij. “Toen ik een jaar later naar Steenbergen verhuisde wist ik één ding zeker. Ik sluit me aan bij deze groep. Ik heb er geen moment spijt van gehad” Inmiddels werkt Kees-Jan niet meer bij de politie. Maar zijn ervaring als motoragent komt goed van pas. “Ik weet hoe ik mensen een stopteken moet geven. En waar op te letten bij verkeerssituaties. Daarom ben ik ook verantwoordelijk voor de inzet van de motorrijders en de verkeersregelaars. Via een mobiele app kan ik, ook via spraak, berichten naar alle verkeersregelaars sturen. Dankzij mijn gedeelde live locatie kan iedereen zien waar de karavaan op dat moment is.” Kees-Jan probeert alles zo soepel mogelijk te laten verlopen. “Als mensen ons niet zien, doen wij ons werk goed.”

Even wachten

Natuurlijk gaat er ook weleens iets fout. Kees-Jan en Jos waren een aantal jaren geleden samen onderweg. Ergens in de buurt van Nieuw-Vossemeer zetten de mannen een dijk af. Een mevrouw moest even wachten tot de karavaan voorbij was gekomen. Het duurde toch wel erg lang. Wat bleek: de karavaan was afgeslagen, ze hadden de verkeerde weg afgezet. “Gelukkig gebeuren dit soort dingen niet vaak” lacht kees-Jan bij de herinnering. “Ik heb een navigatiesysteem gemaakt voor alle motorrijders. Ik ben nu bezig met alle routes in Google Maps te zetten. Zo kan er bijna niets meer fout gaan.”

Ongeschreven regels

De groep medewerkers of vrijwilligers bestaat uit ongeveer 40 mensen, EHBO-ers niet meegerekend. Mannen en vrouwen, die allemaal gek zijn op het evenement. Het hele jaar zien ze elkaar niet vaak. Maar als de Kleine Tour er aan komt pakken ze de draad weer op en lijkt het alsof ze nooit zijn weggeweest.
“We hebben een aantal ongeschreven regels. Neem de lunch tijdens de etappes. We leggen allemaal geld in. Corrie, een van onze medewerkers, zorgt er elke dag voor dat we onze bestelling krijgen. We hoeven zelf nergens voor te zorgen. Eten, drinken, noem maar op. Corrie regelt het” legt Kees-Jan Langenberg uit.
Het succes van de Kleine Tour zit hem volgens beide mannen in de kracht van herhaling. “Elk jaar zijn er een aantal momenten die steeds terugkomen. Neem de sponsoravond. Elk jaar een geweldig feest. Twee dagen van tevoren krijgen we een filmpje te zien met een thema. Iedereen houdt zich hieraan”

Met het virus besmet

Vroeger was er tijdens de Kleine Tour een ‘Mister Kleine Tour’ verkiezing. Een medewerker die een blunder had begaan werd op ludieke wijze in het zonnetje gezet. “Ik weet nog dat mijn ouders, toen ploegleiders, de huissleutel op de deur hadden laten zitten. Op een morgen kwamen leden van het bestuur bij ons binnen. Mijn moeder kroop weg achter de voordeur, zich niet beseffend dat ze via een grote spiegel in de hal toch op de film kwam. Mijn vader was tot Mister Kleine Tour verkozen” haalt Jos een anekdote op.
Vijftig jaar Kleine Tour brengt heel herinneringen naar boven. De toekomst is volgens Kees-Jan en Jos gegarandeerd. “Er is een ware babyboom gaande onder de medewerkers. En we weten het allemaal, wie eenmaal met de Kleine Tour in aanraking komt is voor altijd besmet met het virus.”

Tekst: Tineke Feskens / Foto: Jan de Langen © Steenbergse Courant

Uit de Steenbergse Courant